In het voorjaar van 998 werd hogepriester Dantam Lui voor de hoge raad van Yamahr geroepen, die in een geheime vergadering werd voorgezeten door koning Maximiliaan II van Pugil. Hij kreeg de opdracht om in het diepste geheim een gezelschap te formeren van geharde lieden die uit dienden te blinken op allerlei verschillende gebieden. Kroonprins Max III werd aan Lui’s gezelschap toegevoegd in het kader van zijn opvoeding, en ter herinnering aan wie de opdrachtgever was. Deze groep zou in de vroege zomer op expeditie vertrekken naar de Vortex, waar op dat moment de jaarlijkse Summoning werd gehouden, met een opdracht waar alleen Lui het fijne van wist. De rest van het gezelschap, dat uit alle delen van Yamahr afkomstig was, wist alleen dat ze op zoek waren naar iemand met een sleutel om de nek. Voor de queeste contracteerde Dantam Lui de magiër Mats D'hark, gifmengster Lady Owen en de strijdster Loth al’Mangil.

De persoon, waar in opdracht van Pugil naar gezocht werd, was de laatste telg van het het geslacht Damor, sinds jaar en dag het enige concurrrerende huis voor de troon van Yamahr. De sleutel had zijn moeder, volgens de overlevering, vóór ze stierf om de nek geknoopt van haar pasgeboren zoon, waarna het kind Yamahr uit werd gesmokkeld om het te beschermen tegen aanslagen van Pugil. Volgens een oude voorspelling echter zou de jongen op zijn vijfentwintigste verjaardag met de sleutel de poort van Pugilon openen en de troon opeisen, en zou het huis Pugil ten onder gaan.

De hoge raad van Yamahr was te weten gekomen dat de jongen in 998 op de Summoning zou zijn, en gaf aan Lui de opdracht hem op te sporen en te doden, om zo de voorspelling teniet te doen.

Waar Pugil en Lui echter geen rekening mee gehouden hadden was de oprichting van het Sleuteldragersgilde op de Summoning van 998. Mede door het feit dat het nu stierf van de personen met een sleutel om de nek werd de jonge Damor niet gevonden. Hiermee was de expeditie dus helaas mislukt...